Razer Thresher 7.1 review (PS4/PC)


Het arriveren van Razer producten hier in huis is altijd een interessant momentje. Deels omdat de verpakkingen bijna altijd wel wat bijzonders zijn, maar elke tech fanaat weet dat Razer altijd een pittige uitdaging te wachten staat als het op prijs-prestatie aan komt. Eén ding blijf ik altijd knap vinden, want er zijn weinig merken die zo veel emoties los weten te maken als het op randapparatuur aan komt dan Razer.

De Razer Thresher 7.1 is het nieuwste draadloze model welke inmiddels weer een tijdje op het bureau ligt. Beschikbaar in zowel PS4 als Xbox one uitvoering, met als voordeel dat beide het ook op de PC goed doen. Zoals het tintje blauw doet vermoeden hebben wij dus de PS4 versie in handen, maar de ervaring zal zich volledig op de PC richten want #PCMR. Maar we vergeven mensen die een PS4 naast hun pc hebben staan natuurlijk, love all platforms and all that.

Prijsje? 159 euro. Fors, maar een beetje draadloos model passeert de 100 euro snel. Daarbij dienen we ook rekening te houden met het feit dat console compatibiliteit geen gegeven is. Voor de geïnteresseerden die hun inkomsten vermoedelijk niet uit een zaterdagje bij de Appie moeten halen is er ook een Ultimate versie beschikbaar voor ca 249 euro. Hiervoor krijg je een basisstation en headset stand meegeleverd, met als voordeel (naast het kunnen ophangen van je headset) dat je zowel PC als Console tegelijk aangesloten kan laten en met een knopje kan wisselen. Een flinke meerprijs, maar als je PC en PS4 op je desk strak wilt afwerken zal dat wellicht even lonken.

Uitpakken, bouw, en features


Goed, niet de meest luxe doos die Razer ooit heeft gemaakt, maar wel weer netjes. Kabeltjes, boekjes, en ontvanger met de optische in erop. Ook het USB kabeltje ziet er weer netjes uit, en het optische kabeltje mag natuurlijk niet ontbreken.









We pakken ook meteen de specs even mee, niets wat verdere uitleg lijkt te vereisen.


De Thesher 7.1 is groot, heel erg groot, en met ca 400 gram ook objectief best zwaar. De PS4 kleurstelling is natuurlijk overduidelijk, met de Xbone versie groen, maar dat houdt dus in dat er geen RGB ledjes o.i.d. inzitten die je op een PS4 aansluiting sowieso niet zou kunnen aanpassen.





Hadden we bij de ManO’War wat twijfels over sommige delen van de constructie zien we aan de Thresher eigenlijk geen zwakke plekken. Flinke stalen band bovenop, een binnenband met een brede, erg comfortabele feel, en daarmee ook ruim voldoende flexibiliteit. Het kunnen draaien van de schelpen is onmisbaar, want die grote units in je nek geeft je weinig flexibiliteit. Draai ze plat op je schouders en je kan rustig rondkijken.




Het uitrol-en-verstel mic systeem ben ik voorstander van. Het bergt lekker op zonder risico’s op beschadiging, en past zich prima aan naar elke mond.




Onderop. Op de linker schelp zien we een volumeknop voor de mic, USB poortje om op te laden, en de aan-/uitknop. Op de rechter schelp een wieltje voor het volume. Eenvoudig, maar wel functioneel.




De schelpen zijn ‘heel fors’, ca 5,5cm binnenin, dus het zit met grote oren er een beetje tegenaan maar ze zijn dermate zacht dat je daar niks van merk (althans ik niet). Die grote zachte schelpen zijn typisch Razer en in mijn optiek ook één van de grote selling points. Ze zijn wel redelijk gesloten, wat het geluid wel ten goede komt (in geval van gaming iig) maar ze op de lange duur wel wat warmer kunnen maken, maar ze zitten echt heerlijk op het hoofd, of je nu een klein koppie hebt of een groot model. Objectief mag hij dan zwaar zijn, je merkt daar heel weinig van, het gewicht wordt namelijk verdeeld over een groot oppervlak op je hoofd en rond je oren, en netto voelt het als één van de zachtere headsets op de markt. De clamping force is wat aan de lichte kant, maar net even iets meer dan we bij de Corsair Void zagen, waarbij dat beetje meer in mijn optiek wel gunstig is. Even je hoofd draaien of voorover buigen leidt minder snel tot een headset half op je hoofd. Hij voelt redelijk vergelijkbaar met de ManO’War wat dat betreft, en vergeleken met de Logitech G933 zit de Razer duidelijk lichter op het hoofd.



Hoewel we comfort een positief punt vinden moeten we niet vergeten dat dit ding bijna 160 euro kost, of 250 euro in de Ultimate versie, en dan kunnen we ook zeggen dat de Thresher ook wat luxe mist. Het mesh is staal, de bovenrand is staal, maar de plastic delen van de behuizing weten ons niet verder dan ‘it’s ok i guess’ te brengen. Niets piept, niets kraakt, niets doet je twijfelen aan de duurzaamheid, maar het mist wellicht ook wat flair.



Geluidskwaliteit


De vergelijking met de ManO’War kunnen we hier weer maken, want het geluidsprofiel klinkt verdacht gelijkwaardig. Je zou van Razer als groot gaming merk wellicht verwachten dat je een zwaar overtrokken bass hebt, maar dat is totaal niet het geval bij deze Thresher. Er is geen gebrek aan bass, maar hij is redelijk neutraal, en het mid en hoog blijft beter in balans dan we meestal in de fanatieke V-tuning van gaming headsets zien, en toont ook dat het echt geen slecht drivertje is wat Razer hier in heeft gestopt; ook als dikke 30’er (de specifieke invulling van die opmerking mag je zelf invullen) klinkt het als een hele aangename all-rounder. Out of the box is muziek luisteren in mijn optiek dan ook wat fijner dan met bijvoorbeeld de G933 of de Void Pro. Zoek je echt een dreunende bass knaller dan zit je verkeerd, maar zoek je iets neutraler (check) maar ben je bang dat je daardoor te kort gaat komen onderin kan ik je wel gerust stellen. Die verschillen werken natuurlijk ook door in games, maar geen van de genoemde modellen, of laten we de Arctis 7 er nog even bijhalen voor nog een ‘vergelijkbaar’ model, geeft mij de indruk dat ze noemenswaardig beter zijn.


Met de PS4 functionaliteit (of Xbox in geval van de groene broer) kiest Razer duidelijk om de deur open te zetten voor een doelgroep die flink minder keuze heeft dan de PC Gamer, of eigenlijk een doelgroep die beide platformen wil combineren met één headset. Kijken we echter vanuit een puur PC gamer perspectief dan mist de Thresher 7.1 de software ondersteuning die we bijvoorbeeld in de ManO’War zagen, of de Kraken V2 biedt. Nu ga ik zeker niet zeggen dat software per definitie beter is, en in mijn optiek zie ik ook weinig reden om het geluid te tunen, maar het punt is dat je dat dus niet in de Razer software kan doen. Iets kleins als de aanpasbare bass boost die je wellicht zou willen (in geval van de ManO’War vond ik +10 (schaal 0-100) net even wat fijner in de oren klinken, en hoewel ik aangeef dat de muziekweergave standaard bijvoorbeeld best sterk is kan je met een volledig instelbaar model natuurlijk met een beetje aandacht het geluidsprofiel naar je eigen wensen stellen. PC gamers die willen tunen zullen dus de software van hun moederbord of geluidskaart moeten gebruiken, en kunnen zich vervolgens richten op de andere plus- en minpunten van dit model. Aan de andere kant, geen verplichte registratie dus, woo!

De opname van de microfoon vatten we samen als ‘zeer redelijk’. Niet spectaculair, maar een nette opname met een redelijke noise reduction waarmee je in je game communicatie gewoon netjes voor de dag komt. Geen prijs-winnende mic, maar er is ook weinig mis mee en voor serieuzere doeleinden zal je altijd wel in iets separaat willen investeren.

Accuduur dan nog, Razer heeft een uitstekende reputatie om geclaimde accuduur te halen, en ook hier is dat het geval. 16 uur werd gepasseerd op een aangenaam volume voor wat muziek tijdens het schrijven, waarbij je uiteraard wat in zal leveren als je voluit stamt. 16 uur is niet extreem, maar redelijk standaard voor draadloze sets van dit kaliber.



Conclusie


Hoe ze het voor elkaar krijgen ontgaat mij, maar op één of andere manier weet Razer consequent een love-it-or-hate-it brand te zijn, met relatief weinig neutrale meningen er tussenin. Kijken we objectief dan moet ik stellen dat we er vaak wel degelijk tussenin horen te zitten. Zo is de Thresher aan de positieve kant ondanks het hoge gewicht een heerlijke headset op het hoofd en rond de oren, en met die grote schelpen voelt het alsof je twee stevige wolken om je oren hebt (net als de meeste Razer headsets overigens). Daarbij is het geluid van de Thresher net als de ManO’War goed, met de kanttekening dat hij veel minder V-tuned is dan de meeste gaming headsets. Voldoende bass, maar niet overheersend, maar dan ook geen mids waar je treurig om hoeft te zijn voor gaming, film of muziek. Het is een headset die op menig hoofd past, niet de kwetsbaarheid van de ManO’War lijkt te hebben, en wanneer je er zonder al te veel gedachte of vergelijking in stapt zal je vlot het gevoel hebben dat het een lekker headsetje is. Dito voor de mic, klinkt best aardig, prima mee te communiceren, je valt er niet mee op noch door de mand. Plak dat alles bij elkaar, Razer logo erop, net doosje erbij, en je hebt een hele groep kneiterblije gamers die geen specifieke minpunten aan hoeven te wijzen, of het nu iets beter of iets minder is dan model X, zonder klasse verschil ga je dat lastig ervaren.

Razer weet dat, weet dat ze er een prijs voor kunnen vragen, en weet dat het de consequentie heeft dat er een groep gamers aan de andere kant van het spectrum staat die gaat roepen dat de prijs-prestatieverhouding niet heel scherp is (misschien in een iets minder vriendelijk verwoorde vorm gegoten). Kijken we even vanuit een puur PC gamer perspectief, dan is de Logitech G933 een tientje goedkoper en de Corsair Void Pro zelfs 50 euro goedkoper. En met die modellen naast elkaar is het echt heel erg lastig om objectief een winnaar aan te wijzen zonder dat we de prijs meenemen en wanneer we het tunen-via-software even laten voor wat het is gezien je moederbord of geluidskaart dat vrijwel altijd wel kan doen. Hoewel de Razer goed voelt, en we na inmiddels drie weken geen zwakke plekken kunnen aanwijzen, zien we in de Corsair en Logitech daar toch ook de nodige kwaliteiten zitten, plus dat er ongetwijfeld wat mensen zijn die liever wat meer kleur keuze hebben (of RGB opties) dan het blauw versus groen alternatief.

Als je je door gevoelens voor een merk wilt laten sturen dan ben je er wellicht al uit, want dan zijn de verschillen klein genoeg dat je dat kan doen, in de wetenschap dat je (meestal) gewoon wat extra betaalt voor ‘een Razer’. Objectief is er echter wel één hele sterke plus voor deze Razer Thresher, en dat is het feit dat je het geluid vanuit de optische uitgang van je PS4 naar de Thresher gaat, en je dus virtual surround hebt op je draadloze gaming headset, in tegenstelling tot wat feitelijk een stereo weergave is op de G933 (en praktisch elke andere PS4 compatible headset). Die combinatie is wel degelijk iets zeldzaams, iets anders, en we moeten opmerkingen uit eerdere reviews met betrekking tot virtual surround ook herhalen: Razer heeft virtual surround aansturing namelijk gewoon best goed voor elkaar. Heb je een PC en PS4 naast elkaar staan en wil je beide actief gebruiken, of heb je gewoon een PS4 dan biedt Razer hier gewoon objectief, ook met het oog op de wat hogere prijs (vooral vanwege een nauwelijks aanwezige hoeveelheid concurrenten), een hele interessante en zeker geen onredelijke optie. Natuurlijk klinkt het een beetje naar wanneer een headset een goede keuze is vanwege een uniek trucje, maar laten we de hele eerste alinea van de conclusie niet vergeten: het is een hele aangename headset an sich.

Het enige wat dan wellicht nog een kijkje waard kan zijn voor die PC+PS4 (of Xbox One als je de groene broer overweegt) is de Ultimate versie van deze Thresher 7.1, daar zit namelijk een headphone stand bij en een base station / controller die samen één geheel vormen. Op de foto ziet dat er in elk geval goed uit (die heb ik helaas niet in handen), en dan kan je met een schakelaartje wisselen tussen de twee bronnen. Nu heb ik geen PS4, dus ik weet niet of je deze niet-ultimate USB dongle in de PC kan zetten en dan de PS4 optical daar in kan prikken, maar het lijkt erop dat je bij het switchen van pc naar ps4 ook even de dongle over moet zetten; dongle in PC A en optical invoeren vanuit PC B lijkt in elk geval niet te werken (we hebben Razer gevraagd het even toe te lichten, update volgt). Wanneer je een beetje strakke uitstraling wilt en geen moeite wilt steken in het wisselen klinkt die Ultimate variant dus wel erg leuk. Aan de andere kant, 90 euro bovenop de headset zelf voor een beetje headphone stand en extra bron aansluiting? Dat is zelfs voor Razer standaarden gortig.

Enkele hogere res fotos voor de liefhebber, klikken voor de volledige versie:

Over Stephan
Stephan en Nada kennen elkaar dankzij online gaming en een liefde voor toffe tech. Tegenwoordig houden zij elkaar bezig met maken van reviews van computer hardware. Hun doel: Uitgebreide reviews die je een realistisch beeld geven van wat je van het product mag verwachten.