Als je ziet dat de QB One al vanaf een eurotje of 32 te krijgen is dan moet de fabrikant het wel erg gek maken om tot een slechte prijs-prestatie te komen. Anderzijds is het wel zo dat je aan de onderkant van de markt traditioneel voor relatief kleine bedragen echt winst kan boeken. Laat ik echter voorop stellen: De Sharkoon QB One doet het gewoon erg goed wat prijs-kwaliteit betreft. Voor dat geld kan je weinig anders kopen wat lekker compact is, wel een bak inbouwopties geeft, en kwalitatief toch prima in orde is. Enkel de Cooler Master Elite 110 toonde zich grotendeels gelijkwaardig. De CM biedt meer inbouwopties wat betreft HDD’s, kan langere en modulaire voedingen kwijt en is tevens minder diep, wat soms ongetwijfeld beter uit komt. Aan de andere kant zet de Sharkoon daar flink meer ruimte voor je grafische kaart tegenover (Wat in de regel je GPU goedkoper maakt), heb je meer ruimte boven je moederbord voor je processorkoeling, en krijg je maar liefst 4 USB poorten. Wat uitstraling betreft lijken ze ergens wat op elkaar met veel zwart metaal en een mesh voorzijde, maar is de CM duidelijk wat grover en de Sharkoon ietwat eleganter. Oftewel, de Sharkoon toonde zich een interessante concurrent.

Ben je wel bereid wat meer uit te geven dan krijg je uiteraard voor een tientje of twee al snel wat mooiers voor het oog, iets wat op gaat voor praktisch alle instappers. Wel moet ik daarbij opmerken dat je voor een stap vooruit op gebied van bouwkwaliteit je wel een extra stap hoger moet gaan zitten. Deze Sharkoon doet namelijk echt niet onder voor andere CM Elite kasten of SilverStone Sugo’s. Voor een tientje tot 15 euro meer kan je aluminium kastjes overwegen, waaronder Sharkoon hun eigen CA-I, waarbij je natuurlijk inhoudelijk wel weer flinke verschillen krijgt. Als gevolg zal een behuizing als de QB One toch echt vooral overwogen worden bij builds waar het budget een dominante factor is.

Die logische doelgroep op zoek naar budget-builds moet dan echter wel rekening houden met het feit dat een ITX moederbord op dit moment noemenswaardig duurder is dan een mATX variant. Een moederbord met USB 3.0 kost je al snel 20 euro meer in ITX formaat, waarbij goedkope mATX behuizingen in het totaalplaatje goedkoper zullen uitvallen dan ITX varianten zoals de QB One. Je betaalt dus altijd nog een beetje extra voor een kleiner formaat. Trek je die lijn verder kan je stellen dat zelfs een compact kastje als de QB One groter is dan strikt noodzakelijk voor eenvoudige systemen zoals ik in deze heb gezet, maar zodra je nog kleiner gaat en o.a. geen ATX voedingen kwijt kan lopen de prijzen in de regel nog wat verder op, en lever je natuurlijk ook in op inbouwopties. Keuzes keuzes..

Over Stephan
Stephan en Nada kennen elkaar dankzij online gaming en een liefde voor toffe tech. Tegenwoordig houden zij elkaar bezig met maken van reviews van computer hardware. Hun doel: Uitgebreide reviews die je een realistisch beeld geven van wat je van het product mag verwachten.